De Leeuw van Vlaanderen, de Leeuwerik van Kockengen
by Marla van den Haak • 15 januari 2016 • Verhalen
Als ik terugkijk naar waar Gerard vandaan kwam en hoe hij zich als wielrenner ontwikkelde, zie ik veel overeenkomsten met mijn verleden. Onze geboorteplekken zijn bijvoorbeeld verbijsterend identiek. Gerard groeide op langs de Geer, ik langs de Bijleveld in Harmelen. Google leerde mij ook dat een Bijleveld zich vertakt in de Geer. Als wij uit onze slaapkamers naar buiten keken zagen we waarschijnlijk allebei de torenspitsen van het kasteel Haarzuilens boven de imposante bomen uitsteken.
Wielrenner worden lag in deze contreien niet voor de hand. Er werd hard op het land gewerkt, energie in sport steken was zinloos. Het leven was één grote Tour de France, met één rustdag per week, de dag des heren. Zeker in de provincie Utrecht waren wielrenners zeldzaam. Tot op de dag van vandaag hebben slechts 6 renners, van wie de wieg op Utrechtse bodem stond, aan de Tour de France deelgenomen. Het bloed kruipt echter waar het niet gaan kan, Gerard werd coureur. En wat voor een! Ik fietste Gerard achterna, met een jaar of tien achterstand. Op het hoogtepunt van Gerards loopbaan was ik een beginnend rennertje.
In 1973 werd de fietsbacil in mij wakker. In de provincie Utrecht waren er 2 wielerkoersen waar ik mijn helden aan het werk kon zien: Kortenhoef en Kamerik. Vanzelfsprekend stond ik in 1973 en 1974 aan de kant om mijn helden te bewonderen: Jos Schipper uit Baarn en Gerard Vianen. Gerard was voor mij ver weg, hij reed immers in belangrijke Franse ploegen en ik keek enorm tegen hem op. Als er in de zomer successen te melden waren voerde Wim vaak het woord, Gerard was immers te druk om zich persoonlijk bezig te houden met dergelijke zaken. In 1974 ben ik op de fiets naar Hoogerheide gereden om mijn helden Jos en Gerard in actie te zien. Jos stapte af, Gerard werd tweede, hij heeft mij recent het verhaal van de koers verteld. In de Tour dat jaar won hij een etappe, de enige Utrechtse renner ooit.
Nooit zijn we elkaar tegen gekomen op training maar toch ben ik ergens in de jaren ’70 een keer op bezoek geweest bij Gerard. Het grote bord van het Kampioenschap van Vlaanderen was het enige object dat deed vermoeden dat Gerard wielrenner was. Ik was verbaasd dat een Utrechtse renner kampioen van Vlaanderen kon worden en Gerard legde uit hoe hij deze koers had gewonnen. Ik hing aan zijn lippen.
Vervolgens stopte Gerard in 1977 met wielrennen, ik studeerde en fietste verder en onze wegen scheidden zich. Ik werd in 1980 profrenner en trok de wielerwereld in, ver weg van Harmelen. Gerard werd ondernemer en dook vervolgens ‘in het water’. In 1980 won ik ook het Kampioenschap van Vlaanderen en moest vanzelfsprekend aan Gerard denken. Ik was trots op mijn bord en dat ik nu op dezelfde erelijst stond als Gerard!
Het was niet eerder dan in 2011 dat wij elkaar weer ontmoetten. Ik woonde ondertussen al ongeveer 20 jaar in het Overijsselse Holten en was betrokken bij de Ronde van Overijssel, die Gerard in 1966 won. Gerard en Alie waren te gast bij de Ronde van dat jaar en de avond voor de koers organiseerde het bestuur een fijn etentje in een mooi hotel. De banden werden voor even weer aangehaald.
In mei 2014 werd Gerard ziek, het zag er niet goed uit. En ik wilde graag de losse eindjes van vroeger met hem aan elkaar knopen. Op 8 oktober kwam ik de tweede keer, misschien wel 40 jaar later, bij Gerard en Alie op bezoek. Ik ontmoette een bijzonder bezorgde en zorgzame Alie en een mentaal ongebroken, krachtige, broze, gepassioneerde en soms geëmotioneerde Gerard. Het was vanaf het eerste moment zeer bijzonder om over onze gezamenlijke passie te praten: het fietsen in al zijn facetten. Ik heb tijdens mijn loopbaan vele successen –en ook teleurstellingen‐ met mijn ploegen kunnen delen, in het hart van het peloton. Maar afdalen in het wielerhart van Gerard voegde daar een dimensie aan toe die ik nog niet eerder ervaren had. De schoonheid van de wielersport is vooral te vinden in de menselijke passie waarmee deze beoefend wordt. Het delen van de unieke ervaringen. Dat kon je met Gerard als met geen ander.
Onze foto in de Gele Leeuwentruien van het Kampioenschap van Vlaanderen, op 7 november gemaakt door Bernadette, is voor mij een absoluut hoogtepunt. Een zeer dierbare herinnering aan ons verleden en een icoon waarin de passie en de liefde voor onze sport wordt vastgelegd. Ik wilde deze foto voor mijzelf houden, Gerard wilde echter dat de wielerwereld “de oude Vianen in al zijn glorie nog eens zou kunnen zien”. En zo kwam er een bijzonder Facebookbericht tot stand.
Als ik nu mijn ogen sluit stel ik mij een warme zomerdag voor. Gerard fietst door het Groene Hart. Begeleid door een ademloos fluitende Leeuwerik, hoog boven hem. Ze zullen hem niet temmen, Gerard Vianen, de Leeuw van Vlaanderen, de Leeuwerik van Kockengen.
Theo de Rooij